Een werkgever neemt werknemers in dienst en laat ze in contact komen met zijn klanten. Zodra de werknemers weer uit dienst gaan, zouden ze die klanten vaak relatief gemakkelijk met zich mee kunnen nemen naar een nieuwe werkgever. Om een dergelijke handelswijze te voorkomen, wordt in veel arbeidsovereenkomsten het relatiebeding opgenomen.
In dit artikel bekijken we wat een relatiebeding is, hoe het geldig overeengekomen kan worden en wanneer het relatiebeding (alsnog) ongeldig blijkt te zijn.
Relatiebeding
Het relatiebeding is een beding de werknemer verplicht om op een bepaalde manier met relaties van de werkgever om te gaan na het einde van de arbeidsovereenkomst. Het relatiebeding kan op meerdere manieren worden gebruikt en is daardoor zwaarder of minder zwaar.
Voorbeelden:
Het is voor de werknemer na uitdiensttreding gedurende twee jaar niet toegestaan om op enige wijze direct of indirect enig contact te hebben met klanten van de werkgever op straffe van een boete van 5.000 euro.
Uiteraard kan het relatiebeding ook minder zwaar worden aangezet:
Het is voor de werknemer na uitdiensttreding gedurende één jaar niet toegestaan om klanten Jansen Transport B.V. en Helgers Vrachtvervoer B.V. actief te benaderen op straffe van een boete van 500 euro.
Meestal is er tevens een boete gekoppeld aan het overtreden van het voorschrift. Zou dat niet worden gedaan, dan moet de werkgever bij overtreding aantoonbaar maken dat hij schade heeft geleden: dat is vaak erg lastig. Voor werkgevers is het dus belangrijk om die boete op te nemen in het beding.
Regels concurrentiebeding gelden voor relatiebeding
Relatiebedingen beperken de manier waarop de werknemer na het einde van de arbeidsovereenkomst werkzaam kan zijn. Daarom is het relatiebeding een vorm van het concurrentiebeding. Dat houdt tevens in dat de regels rondom het concurrentiebeding van toepassing zijn.
Om een geldig relatiebeding overeen te kunnen komen moet daarom aan twee voorwaarden zijn voldaan:
- Het relatiebeding moet worden overeengekomen met iemand die meerderjarig is.
- Het relatiebeding moet schriftelijk zijn overeengekomen. Het best kan dat worden gedaan in de arbeidsovereenkomst zelf, maar het beding kan ook geldig zijn indien het in een andere regeling staat waarnaar de arbeidsovereenkomst verwijst en die regeling hem is uitgereikt (bijvoorbeeld een personeelsreglement), of wanneer hij expliciet akkoord is gegaan met het relatiebeding. Of in soortgelijke gevallen aan het ‘schriftelijkheidsvereiste’ is voldaan, hangt meestal van het specifieke geval af. Het is verstandig om bij twijfel een jurist te raadplegen.
- Met ingang van 1 januari 2015 geldt tevens, dat een relatiebeding enkel mag worden opgenomen in arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd, tenzij er sprake is van bijzondere omstandigheden.
Relatiebeding blijkt achteraf ongeldig
Het is mogelijk dat een correct overeengekomen relatiebeding achteraf toch ongeldig blijkt te zijn. Aangenomen kan worden dat ook daar de regels van het concurrentiebeding voor gelden.
Het ongeldig zijn van het relatiebeding kan gebeuren doordat het zijn werking verliest op grond van de wet, maar het kan ook voorkomen dat het beding door de rechter geheel of gedeeltelijk wordt vernietigd.
Het relatiebeding geldt niet, wanneer de arbeidsovereenkomst tot een einde komt en de werkgever schadeplichtig is daardoor. In de praktijk komt dat neer op bijvoorbeeld het opzeggen van de arbeidsovereenkomst terwijl hij zich niet aan de opzegtermijn houdt, of wanneer de werknemer ontslag op staande voet heeft genomen omdat de werkgever daar aanleiding toe gaf.
Dat wil dus ook zeggen, dat ontslag waarbij de werkgever niet schadeplichtig is ook niet voor ongeldigheid van het relatiebeding zorgt. Denk daarbij aan bijvoorbeeld een terecht ontslag op staande voet, maar ook aan een correct verlopen ontslagprocedure wegens bedrijfseconomische redenen.
De rechter kan het relatiebeding ook geheel of gedeeltelijk vernietigen. Meestal wordt het beding slechts gedeeltelijk vernietigd, bijvoorbeeld omdat het te breed is geformuleerd of omdat het de werknemer voor een te lange tijd beperkt in zijn doen en laten. De rechter kan ook het relatiebeding ongewijzigd in stand laten, maar tevens de werkgever verplichten om de werknemer voor zijn ongemak een vergoeding te geven.
Het relatiebeding kan ook ‘aanmerkelijk zwaarder zijn gaan drukken’ op de werknemer, bijvoorbeeld doordat hij opeens met veel meer klanten in contact komt na een functiewijziging. Ook dan kan het beding geheel of gedeeltelijk komen te vervallen.
Of er van ongeldigheid van het relatiebeding sprake is, hangt over het algemeen ook sterk af van de omstandigheden van het geval. Het is verstandig om bij twijfel een jurist te raadplegen.
Geen relatiebeding, toch onrechtmatig?
In bepaalde gevallen kan het zo zijn dat er toch onrechtmatig gehandeld wordt door de werknemer na uitdiensttreding, ondanks dat er geen relatiebeding is overeengekomen.
Voordat daar sprake van is, moet er echter wel tevens sprake zijn van bijzondere omstandigheden. Er wordt in de rechtspraak vaak invulling gegeven aan die eis, doordat er wordt geëist dat er stelselmatig wordt gehandeld, het substantieel is én er sprake is van het afbreken van een duurzaam bedrijfsgebied.
Social media en het relatiebeding
Met de opkomst van social media is het overtreden van een relatiebeding (of het op een andere manier onrechtmatig handelen) een stuk gemakkelijker geworden. Moesten vroeger nog klanten worden opgebeld of aangeschreven, tegenwoordig worden ze toegevoegd op LinkedIn of worden ze geworven via Twitter.
Over het algemeen is het aankondigen van een nieuwe baan op social media géén schending van een relatiebeding, terwijl wervende teksten dat wel heel goed kunnen zijn. Ook het specifiek aanschrijven van relaties zal overigens al snel een overtreding zijn.
Relatiebeding – Conclusie
Het relatiebeding lijkt erg op het concurrentiebeding en valt onder dezelfde wetsbepaling. Daarom wordt aangenomen dat voor het relatiebeding dezelfde regels bestaan, ondanks dat de wet nergens spreekt over de term ‘relatiebeding’.
Veel regelgeving rondom het relatiebeding is voortgekomen uit de jurisprudentie. Het is daarom bij een geschil van belang om u op de hoogte te stellen van de laatste stand van zaken en te bezien hoe de regels in een specifiek geval uitpakken. Het is aan te bevelen om daar samen met een jurist naar te kijken.