Een rechtspersoon, of het nu een onderneming (zoals een bv of een nv) of geen onderneming (stichting of vereniging) is, wordt opgericht bij notariële akte. In die akte worden ook de statuten opgenomen, die moeten worden gezien als het belangrijkste document dat betrekking heeft op de rechtspersoon, naast de wet zelf.
Toch komt het regelmatig voor dat organen van de rechtspersoon in strijd met de statuten besluiten nemen. In dit artikel bekijken we de rechtsgeldigheid van dergelijke besluiten.
In strijd met statuten handelen
Wanneer er sprake is van besluiten in strijd met de statuten kan dat door meerdere organen van de rechtspersoon gebeuren. Vaak zal er sprake zijn van besluiten van het bestuur van de rechtspersoon of (bij bv’s en nv’s) van besluiten van de algemene vergadering van aandeelhouders.
Een besluit in strijd met de statuten is in beginsel nietig. Dat wil zeggen dat het besluit (zonder verdere handelingen) wordt geacht nooit tot stand te zijn gekomen.
Is het besluit in strijd met regels uit de statuten die de totstandkoming van besluiten regelen, dan is het vernietigbaar. Dat houdt in dat er een beroep kan worden gedaan op die vernietigbaarheid, waardoor het besluit wordt geacht nooit tot stand te zijn gekomen.
Let op: De wet kan voor specifieke gevallen uitzonderingen op dit beginsel bevatten. Besluiten die in eerste instantie door een onbevoegd orgaan zijn genomen, zijn niet vernietigbaar, maar nietig. Toch kunnen ze binnen een redelijke tijd worden bekrachtigd door het bevoegde orgaan. Zo kan de nietigheid wegens strijd met de statuten worden ‘opgeheven’.
Gevolgen in strijd met statuten handelen
Het handelen in strijd met de statuten levert dus nietigheid of vernietigbaarheid op. Nietigheid houdt in dat het besluit ongeldig is en wordt geacht nooit te zijn genomen.
Vernietigbaarheid houdt hetzelfde in, enkel is het besluit in eerste instantie wél geldig en wordt het pas ongeldig na een beroep erop. Het beroep kan worden gedaan door de rechtspersoon zelf of door iemand die een redelijk belang heeft bij de naleving van die regel uit de statuten. Het beroep dient plaats te vinden bij de rechtbank.
Vernietiging en nietigheid hebben terugwerkende kracht. De besluiten worden dus geacht nooit te zijn genomen. Eventueel al gedane handelingen op basis van het besluit moeten worden teruggedraaid.
Derden die onterecht zijn getroffen door een dergelijk vernietigbaar of nietig besluit (bijvoorbeeld omdat ze door een ongeldige aandelenemissie aandelen hebben ontvangen) kunnen worden beschermd door de wet. Daarvoor is wél van belang dat de derde het gebrek dat aan het besluit kleefde niet kende en ook niet behoefde te kennen (hij was dus te goeder trouw). Betrof het de benoeming van een bestuurder, dan bestaat er een uitzondering. De gewone ’te goeder trouw’-bescherming is dan niet van toepassing, maar de rechtspersoon moet in dat geval wel schadevergoeding aan de bestuurder betalen.
Regel uit de statuten buiten toepassing laten
De statuten moeten dus gevolgd worden, aangezien besluiten die tegen de statuten in gaan nietig of vernietigbaar zijn. Hoe zit dat als het volgen van de statuten in een bepaald geval een zeer ongewenste uitkomst zou hebben?
In dat geval zou het kunnen dat er een beroep kan worden gedaan op de wettelijke regel dat een regel uit de statuten niet van toepassing is als dat in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn.
Deze regel met betrekking tot de redelijkheid en billijkheid is, betogen sommige juristen, de belangrijkste regel uit ons rechtspersonenrecht. Er is dan ook een grote hoeveelheid jurisprudentie en literatuur over. Om die reden is het verstandig om altijd een jurist te raadplegen over de mogelijkheid om deze regel in uw specifieke geval toe te passen.
In strijd met statuten handelen – Conclusie
Besluiten die worden genomen in strijd met de statuten, zijn in beginsel nietig of vernietigbaar (afhankelijk van het soort besluit). De vraag of een besluit in strijd is met de statuten is niet altijd gemakkelijk te beantwoorden. Daarnaast is het van belang dat soms de statuten buiten beschouwing kunnen worden gelaten én dat derden die te goeder trouw waren vaak beschermd worden.
Het rechtspersonenrecht is uitgebreid en niet alledaags, ook niet voor bestuurders van rechtspersonen (of andere betrokkenen, zoals aandeelhouders). Daarom is het verstandig om bij specifieke vragen een jurist te raadplegen.