Het is een vaak gehoorde term tijdens de jaarwisseling: snelrecht, oftwel ‘Lik-op-stuk beleid’. Behalve tijdens nieuwjaar wordt het toegepast tijdens grote evenementen zoals de TT in Assen en tijdens voetbalwedstrijden. De vraag is dan: wat is snelrecht eigenlijk en waarom wordt het toegepast?
Wat is er anders in het geval van snelrecht?
Zoals de term snelrecht al impliceert, is het belangrijkste verschil tussen het ‘gewone’ recht en het snelrecht de voortgang van de procedure. Waar in het gewone recht een strafzaak pas na enkele maanden wordt afgedaan en in sommige gevallen pas na enkele jaren, wordt in het snelrecht meer snelheid gemaakt.
Een verdachte staat, als hij in voorlopige hechtenis wordt gehouden, in het geval van snelrecht binnen 17 dagen voor de rechter (3 dagen inverzekeringstelling + 14 dagen bewaring). Het snelrecht wordt voornamelijk gebruikt om verdachten lik-op-stuk te geven. De straf wordt direct gegeven en ten uitvoer gelegd.
Wanneer het niet nodig is om de verdachte langer vast te houden (voorlopige hechtenis), wordt een andere procedure in het snelrecht toegepast. Deze procedure wordt ook wel ‘AU’ genoemd, Aanhouden en Uitreiken (van de dagvaarding). Daarbij krijgt de verdachte op het politiebureau direct de dagvaarding en vaak een schikkingsvoorstel (‘boete’) uitgereikt voordat hij naar huis mag. Gaat de verdachte in op het voorstel en betaalt hij op tijd, dan is de zaak afgedaan. Anders komt hij alsnog binnen een aantal maanden voor de rechter.
Wanneer kan snelrecht worden toegepast?
Aangezien elke verdachte recht heeft op een eerlijk proces is het snelrecht natuurlijk aan regels gebonden. Voordat de terechtzitting aanvangt moet de verdediging bijvoorbeeld het volledige dossier van de verdachte hebben. Door de aard van snelrecht is het daarom niet geschikt om in moeilijke zaken gebruikt te worden waar het Openbaar Ministerie nog veel onderzoek moet doen.
De zaken waarin het snelrecht wel wordt toegepast zijn dus relatief gemakkelijk van aard. Dit kunnen zaken zijn waarbij de verdachte bekent, maar het kunnen ook zaken zijn van geweld tegen de politie waarbij de politie direct proces-verbaal kan opmaken. Aangezien er vaak geen bewijsproblemen zijn, volgt een veroordeling uit een groot gedeelte van de procedures waarin snelrecht wordt gebruikt.
Wat is supersnelrecht?
Supersnelrecht is een aparte vorm van snelrecht. Zoals de naam al zegt wordt bij supersnelrecht de snelheid nog verder opgevoerd dan bij gewoon snelrecht. In het geval van supersnelrecht staat een verdachte binnen 3 dagen voor de rechter (de termijn van inverzekeringstelling).
Snelrecht en supersnelrecht – Een advocaat nodig?
Ondanks dat een verdachte regelmatig al heeft bekend in een dergelijke procedure, is het nog steeds verstandig om bijstand van een advocaat te hebben als de strafzaak via snelrecht wordt afgedaan. Een advocaat heeft kennis van de procedures en van de wet en kan daardoor een betere verdediging voeren dan de verdachte zelf, zelfs als de verdachte al bekend heeft.