faillissement

Faillissement aangevraagd, wat nu?

Kennis Artikelen Civiel recht Ondernemingsrecht

Dit artikel is meer dan een jaar geleden voor het laatst gewijzigd en is wellicht niet meer (volledig) actueel.

Wanneer uw faillissement is aangevraagd, zal dit verzoek door de rechter worden behandeld. Dit artikel gaat over wat te doen wanneer uw faillissement is aangevraagd en meer specifiek: hoe kunt u onder het faillissement uitkomen?

Faillissement

Het faillissement is een soort beslaglegging ten behoeve van alle schuldeisers. Een faillissementsaanvraag wordt altijd gedaan door een advocaat, dit kunt u dus niet zelf doen. Dat geldt ook voor wanneer u uw eigen faillissement wilt aanvragen.

Wanneer het faillissement is aangevraagd, komt u in een vervelende positie te zitten, waarbij het lijkt of uw (zakelijke) bestaan is gebaseerd op drijfzand. Wanneer u het faillissement zelf heeft aangevraagd wist u dat, maar wat als een schuldeiser het faillissement heeft aangevraagd? Kunt u nog iets doen tegen een dreigend faillissement?

Meer algemene informatie over het faillissement en over het afwikkelen daarvan vindt u in het artikel over faillissement. In dit artikel zal voornamelijk de periode daarvoor worden besproken. Wat kunt u doen wanneer een schuldeiser het faillissement aangevraagd heeft?

Wat kunt u doen wanneer uw faillissement is aangevraagd?

Wanneer uw faillissement is aangevraagd, zal de rechter bekijken of hij dat verzoek kan toewijzen. Het faillissement kan enkel worden uitgesproken wanneer er is voldaan aan de eisen die in de wet zijn vastgelegd.

Er moet sprake zijn van een aanvrager met een vorderingsrecht en van een andere aanvrager (‘steunvordering’) met een vorderingsrecht op de schuldenaar waarvan het faillissement is aangevraagd. Deze twee vorderingen hoeven volgens de wet slechts ‘summierlijk’ te worden aangetoond: het hoeft dus niet te worden bewezen volgens de normale regels van de faillissementsaanvraag. De bewijslast is minder zwaar. Daarnaast moet de schuldenaar verkeren in de ’toestand dat hij is opgehouden te betalen’.

Wanneer de hoofdvordering of de steunvordering wegvallen, kan er geen sprake meer zijn van het uitspreken van het faillissement. Dat geldt ook wanneer de ’toestand te zijn opgehouden met betalen’ niet meer aanwezig is.

Betwisting hoofdvordering of steunvordering

Het is mogelijk om de hoofdvordering te betwisten. Wanneer de aanvrager van het faillissement geen vordering meer heeft, kan het faillissement niet worden uitgesproken.

Dat geldt hetzelfde voor de steunvordering: wanneer de steunvordering onderuit wordt gehaald, wordt het faillissement afgewezen. Wanneer het faillissement is aangevraagd met meerdere steunvorderingen, zullen deze allemaal onderuit moeten worden gehaald.

Het betwisten van de hoofdvordering of van de steunvordering staat echter in beginsel niet in de weg van het alsnog uitspreken van het faillissement. Wel kan het worden meegenomen in de overwegingen van de rechtbank. Het kan op die manier bijvoorbeeld voorkomen dat de rechtbank het faillissement niet uitspreekt omdat de vordering betwist wordt en het logischer was geweest om een normale civiele procedure op te starten. Ook wanneer de vordering wordt betwist, maar wel zekerheid voor de vordering wordt gesteld (bijvoorbeeld op de derdenrekening van de advocaat), kan de faillissementsaanvraag worden afgewezen.

Voldoening hoofdvordering of steunvordering

Wanneer de hoofdvordering of de steunvordering een legitieme vordering is (of wanneer het beiden legitieme vorderingen zijn), kunnen ze niet (succesvol) betwist worden. Eventueel zou het dan een mogelijkheid zijn om de hoofdvordering of de steunvordering te voldoen. Zijn er meerdere steunvorderingen, dan moeten deze allemaal voldaan worden.

Het faillissement is aangevraagd op basis van deze vorderingen. Wanneer de vorderingen dan wegvallen doordat ze worden voldaan, valt dus ook de basis van het faillissement weg.

Geen toestand te hebben opgehouden te betalen

Wanneer het faillissement is aangevraagd, moet er worden gesteld dat de schuldenaar in de toestand verkeert ’te hebben opgehouden te betalen’. Dat wordt in beginsel aangetoond met een steunvordering.

Een steunvordering is noodzakelijk, maar niet voldoende om de toestand te hebben opgehouden te betalen vast te kunnen stellen wanneer het faillissement is aangevraagd. Deze toestand op zichzelf zal ook moeten worden aangetoond.

Andere verweren wanneer het faillissement is aangevraagd

Bovenstaande verweren zijn inhoudelijk: ze betogen te laten zien dat er geen vorderingen (meer) zijn en dus dat het faillissement niet kan worden uitgesproken op basis daarvan. Er bestaan verder nog twee procesrechtelijke verweren wanneer het faillissement is aangevraagd.

Allereerst kan er worden gesteld dat de verzoeker van het faillissement geen redelijk belang heeft. Dit is mogelijk wanneer de schuldenaar geen te liquideren vermogen heeft en dat op korte termijn ook niet zal verkrijgen.

Daarnaast is het mogelijk om te stellen dat de verzoeker misbruik van zijn bevoegdheid maakt. Dat kan wanneer de schuldeiser geen positief gevolg kan verwachten van een faillissement van de schuldenaar.

Natuurlijk persoon – Faillissement aangevraagd

Wanneer uw onderneming geen rechtspersoonlijkheid heeft (eenmanszaak/vof/commanditaire vennootschap), treft het faillissement u ook privé. Dat geldt uiteraard ook wanneer het faillissement is aangevraagd voor u in privé en niet voor een onderneming.

In deze gevallen, is het mogelijk om een verzoek in te dienen om de WSNP (Wet schuldsanering natuurlijke personen, ook wel: ‘Schuldsanering’) van toepassing te laten verklaren. In het kort geldt dat wanneer de schulden te goeder trouw zijn ontstaan (u heeft geen geld proberen weg te sluizen voordat het faillissement aangevraagd werd, u heeft altijd netjes gehandeld), u hiervoor in aanmerking komt.

Het voordeel van deze regeling is dat u hiermee relatief gemakkelijk onder het faillissement uit komt. Waar u met een faillissement in beginsel moet afbetalen totdat er geen vorderingen meer zijn, al duurt dat twintig jaar, bent u in de schuldsanering binnen drie jaar ‘schuldenvrij’ (juridisch gezien zijn de vorderingen niet meer opeisbaar).

Faillissement aangevraagd – Conclusie

Het is mogelijk om een succesvol verweer tegen een faillissementsaanvraag te voeren, maar snelheid is daarbij wel van belang. De termijnen voor een faillissementsaanvraag zijn kort, waardoor de aanvraag snel behandeld zal worden. Hoe sneller u contact opneemt met een juridisch specialist om een goede strategie te bepalen, hoe beter uw kansen van slagen zijn.

Auteur

mr. B.G.N. (Bart) Gubbels

N.b. Dit artikel is meer dan een jaar geleden voor het laatst gewijzigd. De informatie kan verouderd zijn.

DISCLAIMER: De informatie op deze website is enkel bestemd voor algemene informatiedoeleinden en dient niet gezien te worden als juridisch advies voor een specifieke situatie. Hoewel de verstrekte informatie met de grootst mogelijke zorgvuldigheid door ons is samengesteld kan het zo zijn dat de informatie niet compleet, niet actueel, niet juist en/of niet accuraat is op het moment van raadpleging. Het is dan ook, o.a. vanwege de gecompliceerde en veranderlijke aard van wet- en regelgeving, niet zeker dat de informatie toepasbaar is in uw situatie. Wij raden u dan ook aan contact op te nemen met een jurist voordat u handelt of beslist. Wet & Recht, de maker en aan deze website gelieerde personen sluiten elke aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie op deze site uit en kunnen niet aansprakelijk worden gesteld hiervoor. Zie ook onze uitgebreide disclaimer.